Code van goede praktijk voor het aanbrengen van spray-polyurethaanschuim

Update 16/02/2023

PU-Europe, de Europese belangenvereniging van polyurethaanschuim producenten, leveranciers van grondstoffen en fabrikanten van onderdelen, heeft een code van goede praktijk opgesteld voor het aanbrengen van spray-polyurethaanschuim (SPS). Die is gebaseerd op een code van goede praktijk van 2010 van de Amerikaanse tegenhanger, nl. de American Chemistry Council (ACC), Center for the Polyurethanes Industry. 

De code zelf is niet meer beschikbaar op de website van European Polyurethane, maar wel vele andere documenten zowel op de website van PU-Europe als  highperformanceinsulation.

Het Amerikaanse werkboek is ook op het internet beschikbaar: Health and Safety Product Stewardship Workbook for High-Pressure Application of Spray Polyurethane Foam (SPF) (PDF)

Een vergelijkbare code is de leidraad van de ’Spray Foam Coalition of the ACC Center for the Polyurethanes Industry’: Guidance on Best Practices for the Installation of Spray Polyurethane Foam - Guidance for Residential Homes and Commercial Buildings (PDF)

Die Amerikaanse codes wijken iets af van de Europese code, omdat de omstandigheden en toepassingen anders kunnen zijn. Zo wordt er in Amerika niet of minder geventileerd bij het aanbrengen van de spray, maar moeten de bewoners het huis verlaten tijdens het aanbrengen van de spray. Meer informatie daarover vindt u op de website van EPA, het Amerikaans agentschap voor milieubescherming: Vacate and Safe Re-Entry Time.

Op de website van het Bureau voor Normalisatie (BNB) vindt u ook informatie over de norm NBN EN 14315-1 ‘Materialen voor de thermische isolatie van gebouwen - In-situ gevormde producten van hard polyurethaanschuim (PUR) en polyisocyanuraatschuim (PIR) - Deel 1: Specificatie voor het hardschuimspuitsysteem vóór installatie’ en de norm NBN EN 14315-2 Materialen voor de thermische isolatie van gebouwen - In-situ gevormde producten van hard polyurethaanschuim (PUR) en polyisocyanuraatschuim (PIR) - Deel 2: Specificatie voor de geïnstalleerde producten’.

Polyurethaan (PUR)

Wat

Een polyurethaan wordt gevormd uit een reactie tussen een alcohol (bijvoorbeeld polyol) en een isocyanaat tot een urethaanbinding. Men spreekt in het jargon van een reactie tussen een A-component met een B-component. Daarnaast wordt blaasmiddel en een katalysator toegevoegd om de reactie gecontroleerd te laten verlopen. De polyolen kunnen "op maat" worden gemaakt waarin het aantal -OH-groepen en de lengte van de ketens varieert. Er kunnen zowel harde als zachte schuimen worden geproduceerd.

Soorten PUR

Volgende types schuim kunnen worden gemaakt:

  • Lage, medium en hoge dichtheid PUR schuim
  • Open en gesloten celstructuren
  • Eén en tweecomponent PUR
  • Spray en geen spray

Toepassingen

Er zijn veelvuldige toepassingen, zowel voor consumenten in consumptiegoederen (bijvoorbeeld in schoenen en ijskasten) en in investeringsgoederen (bijvoorbeeld in huizen) als voor de industrie.

De laatste tijd wordt PUR ook meer en meer gebruikt als isolatie in huizen voor vloeren, muren, zolders en kruipkelder.

Over na-isolatie van bestaande muren was er op 7 februari 2012 een studiedag van het Vlaamse Energieagentschap (VEA). De presentaties hiervan zijn niet meer beschikbaar. Ook de presentaties van de dag van de PUR spuiter van 7 juni 2018 zijn niet meer beschikbaar.

Door na-isolatie met PUR voorkomt men ook de zogenaamde koudebruggen, dat zijn de verbindingen in of tussen de buitenmuren, het dak of de vloer waar door slechte thermische isolatie een bovenmatig warmteverlies plaats vindt. Meer info daarover in dit artikel op de Franstalige weblog over renovatie en verbouwingen: Isoler sa maison avec le polyuréthane projeté empêche les ponts thermiques et fuites d’air

Gezondheidsaspecten

Als polymeer, gevormd uit 2 types monomeren, nl. isocyanaten en alcoholen, is PUR niet meer reactief en zijn er in principe geen gezondheidsrisico’s aan verbonden. Polymeren moeten trouwens in het kader van de REACH-verordening ook (nog) niet geëvalueerd worden.

Evenwel zijn er risico’s verbonden aan isocyanaten als grondstof (zie verder) en kan de reactiefase heftig zijn en vrij veel warmte vrijgeven. Afhankelijk van het type schuim moet het nog enkele uren of dagen opgevolgd worden.

Onderzoeken verricht door gerenommeerde onderzoeksinstituten (TNO en RPS) en het advies van de Gezondheidsraad over Gespoten PUR-schuimisolatie en gezondheid van 2020 ondersteunen de conclusie dat het gebruik ervan is veilig, mits het op de juiste wijze en volgens de geldende regels en richtlijnen is aangebracht. In 2019 deed de Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek (TNO) een update van zijn studie van 2013. Op 27 juli 2022 was er opnieuw een communiqué van Volandis om de voorschriften te volgen. Meer informatie hierover is beschikbaar op de website van de Volandis: Werk je met gespoten PUR-schuim. Op Buildwise, de nieuwe benaming voor WTCB, verscheen in 2022 volgend artikel: In situ gespoten PUR isolatie zorgt bij een correcte applicatie niet voor nadelige gezondheidseffecten.

Dit neemt niet weg dat het Vlaams Instituut voor Bio-Ecologisch Bouwen en Wonen (Vibe) bedenkingen heeft bij de principes van circulariteit en ecologische alternatieven. Lees hierover dit bericht op de website van Vibe: VIBE stelt zich vragen bij ‘Dag van de PUR-spuiter’. Ook het Departement Omgeving van Vlaanderen heeft een webpagina met toelichting bij het onderwerp: Zitten er gevaarlijke isocyanaten in polyurethaan-isolatiemateriaal?.

 

Isocyanaten

Risico’s

Isocyanaten kunnen bij de mens allergische reacties veroorzaken en kan aanleiding geven tot een beroepsziekte (code 1.103.06 als beroepsziekte). Naast het gebruik als component in PUR, zijn er nog vele andere toepassingen waar isocyanaten worden gebruikt.

Eén van die toepassingen is bij carrosseriebedrijven, waar isocyanaat houdende producten (vooral HDI) op het koetswerk wordt gespoten. De arbeidsinspectie (Algemene Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk) heeft in 2010 daarover een campagne gevoerd. Hierover is momenteel enkel nog informatie beschikbaar in het jaarverslag 2010 van de AD TWW (PDF, 1,22 MB) (pag 70-81).

Informatie over andere risico’s van bijvoorbeeld methyleendifenyldiisocyanaat (MDI) als meest gebruikte isocyanaat, zoals vermeld in de CLP-indeling, vindt u in de inventaris van indeling en etikettering van chemische stoffen van het Europees Agentschap voor chemische stoffen (in het Engels): Summary Of Classification and Labelling.

Niet enkel in de volledige levenscyclus van isocyanaten, gaande van productie, transport, afvulling tot eindgebruik, kunnen werknemers in contact komen met isocyanaten, maar ook ongewild op werven in naburige ruimten waar er met isocyanaten wordt gespoten, zoals ernaast of erboven gelegen compartimenten. In die situaties zou een eenvoudige maatregel erin kunnen bestaan om de zone waar er met isocyanaat wordt gespoten, te voorzien van veiligheids- en gezondheidssignalisatie en die zone voor niet beschermde werknemers te verbieden.

Dit zou kunnen opgenomen worden in het veiligheids- en gezondheidsplan en controle van deze kritische fase zou kunnen gebeuren door de veiligheidscoördinator verwezenlijking in uitvoering van het koninklijk besluit van 25 januari 2001 betreffende de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen.

In België bestaan er grenswaarden voor MDI, HDI, isoforon diisocyanaat, methyleen bis(4-cyclohexylisocyanaat) en TDI die allemaal 0,005 ppm bedragen (maar met verschillende µg/m3 omdat het moleculair gewicht verschillend is). Toch zijn er niet in alle lidstaten grenswaarden. Daarom heeft de Europese commissie op 13 februari 2023 een voorstel van richtlijn geformuleerd om voor diisocyanaten grenswaarden in te voeren (6 µg/m3 en STEL 12µg/m3). Deze grenswaarden zijn lager dan de huidige Belgische grenswaarden. Lees hierover volgend communiqué op de website van het Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk (EU-OSHA): New occupational exposure limits for lead and diisocyanates.

Opleiding

Diverse veiligheidsorganisaties hebben publicaties uitgegeven die wijzen op de risico’s van isocyanaten voor de mens.

Maar ook de opleiding om de juiste maatregelen toe te passen is hier van belang. ISOPA, de Europese federatie van producenten van isocyanaten en polyol, heeft het opleidingsprogramma “Walk the Talk” uitgewerkt om over de risico’s te communiceren.

Ten gevolge van verordening 2020/1149 moeten industriële of beroepsmatige gebruikers voor 24 augustus 2023 met succes een opleiding over het veilig gebruik van diisocyanaten hebben voltooid, aangetoond met certificaten of schriftelijke stukken. Hierover verscheen op BeSWIC volgend artikel: Opleiding rond veilig gebruik van diisocyanaten.

In België heeft Constructiv divers communicatiemateriaal ontwikkeld, dat beschikbaar is via de website Buildyourlearning: 

Technologie bij spray polyurethaanschuim

Men moet niet enkel de chemische stoffen in de juiste mengverhoudingen gebruiken, maar ook geschikt materieel, zoals een geschikte voeding, verpompingseenheid, verwarmde slangen en een spuitpistool. Meer informatie is beschikbaar in de technische richtlijnen van de Amerikaanse ‘Spray Polyurethane Foam Alliance’ (SPFA), de Amerikaanse beroepsvereniging van de spray-polyurethaanschuim industrie: Technical Publications.

Na gebruik dient dat materieel te worden gereinigd, anders kunnen restproducten het materieel verstoppen. Deze en andere technische tips vindt u op de website van de SPFA: Tech Tips

Het opleidingspakket rond “spray foam” van PU-Europe is niet meer beschikbaar, maar zit mee geïncorporeerd in volgend initiatief ten gevolge van verordening 2020/1149, dat beschikbaar is op de website ‘Safe use diisocyanates’: Safe use of Diisocyanates.

Type bestekken

In België is er voor diverse isolatietoepassingen, inclusief inspuiten van PUR in spouwmuren, een technische specificatie STS 71 opgesteld. Dat document vindt u op de website van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie: STS 71-1 "Na-isolatie van spouwmuren door insitu vullen van de luchtspouw met een nominale breedte van ten minste 50 mm" (PDF)

Over na-isolatie van vloeren d.m.v. PUR vindt u informatie in deze documenten van de Belgische Unie voor de technische goedkeuring in de bouw vzw (BUtgb) en de Belgian Construction Certification Association vzw (BCCA)

In Nederland wordt het aanbrengen van spraypolyurethaan in 90 % van de gevallen gedaan door gecertificeerde bedrijven. Het referentieel hiervan vindt u in deze documenten:

In Frankrijk is er tevens een vrijwillig referentieel: Certification CSTBat: Isolant en polyuréthanne projeté in situ: Exigences techniques

Spraypolyurethaanschuim voor het isoleren van kruipkelders in Nederland

Gezondheidsklachten

Enkel het isoleren van kruipkelders kwam in 2012 en 2013 in de Nederlandse pers in het nieuws, niet de PUR in muren of vloeren en ook niet de PUR in spuitbussen. De laatste 10-tallen jaren zijn in Nederland duizenden kruipkelders met PUR-schuim behandeld, zonder klachten, maar bij een aantal bewoners waren er in 2012 klachten. Sommige bewoners kunnen zelfs niet meer naar hun huis terugkeren.

Voor de getroffen bewoners werd er een meldpunt opgericht: Meldpunt PUR-slachtoffers

Onderzoek

Ondertussen heeft de industrie onderzoeken uitgevoerd om na te gaan of deze klachten in verband kunnen staan met de isocyanaten in het PUR-schuim. Uit die studies blijkt dat er tot nu toe geen indicaties zijn dat deze klachten kunnen toegewezen worden aan het PUR-schuim, maar men heeft dit ook niet kunnen uitsluiten.

Het expertteam van de Nederlandse gemeentelijke of gemeenschappelijke gezondheidsdienst (GGD) heeft in zijn onderzoeken ook geen verband kunnen aantonen.

Het is ook niet uitgesloten dat bewoners door de gebruikte isocyanaten een allergische reactie hebben gekregen. De concentraties van de gemeten stoffen bleven onder de beschikbare limietwaarden. Voor het ontstaan van een allergie kunnen er evenwel geen goede limietwaarden worden afgeleid.

Actieplan

N.a.v. de hierboven vermelde onderzoeken naar gezondheidsklachten, wil de industrie in Nederland de potentiële risico’s verder reduceren met een driepunten actieplan. Het initiatief gaat uit van de Nederlandse Vereniging van Polyurethaan Hardschuimfabrikanten, de Vereniging van erkende na-isolatiebedrijven, ISOPA en PU-Europe. Het actieplan omvat:

  • Bevorderen van en nauw toezicht op de juiste toepassing in de sector
  • Vergroten van het bewustzijn in de markt om met een gecertificeerd bedrijf te werken
  • Ondersteuning van landelijke registratie en eenduidig gezondheidsklachtenonderzoek binnen een breed expertplatform

Zo moet geforceerde ventilatie toegepast worden bij het spuiten om de concentraties in de kruipruimte snel af te voeren. Openingen worden afgedicht en bewoners moeten het huis uit gaan tot 2 uur na het beëindigen van het spuitwerk.

Het actieplan kan verder opgevolgd worden op het Kennisplatform Gespoten PURschuim

Meer info over de klachten en de verdere ontwikkelingen in Nederland

Sinds 2014 zijn er volgende evoluties in Nederland:

Meer informatie