- 105. De werknemers zijn wantrouwig (wat gaat er gebeuren ? Waarom ondervraagt men mij ?) en denken dat het beter is niet te veel te praten.
- 106. Wat doen indien iemand zich tijdens de vergadering persoonlijk aangevallen voelt ?
- 107. Welke houding aannemen tegenover diegenen die altijd of nooit praten ?
105. De werknemers zijn wantrouwig (wat gaat er gebeuren ? Waarom ondervraagt men mij ?) en denken dat het beter is niet te veel te praten.
Die vrees moet zoveel mogelijk worden weggenomen vóór de vergadering, tijdens de hele informatiefase (vakbondsorganisaties, CPBW, …) die aan de opstarting van de vergaderingen voorafgaat, alsook in de uitnodiging en bij het begin van de vergadering.
Men moet eveneens de nadruk leggen op het feit dat het niet de bedoeling is wie dan ook te ondervragen, maar samen te discussiëren over hoe de groep zijn arbeidssituatie “beleeft” en na te gaan hoe deze beter kan worden beleefd. Indien men spreekt over ondervragen en men de Déparis-gids een vragenlijst noemt, zaait men twijfel in de hoofden van de deelnemers. Daarom dringen wij aan op de noodzaak om ernaar te verwijzen als Déparis-overleggids.
De Déparis-gids is evenmin een checklist: een checklist is een opeenvolging van items, vaak in de vorm van vragen, die wordt gecheckt ( R ). Deze leidt over het algemeen tot eenvoudige vaststellingen van de problemen, zonder dat naar verbeteringen wordt gezocht.
106. Wat doen indien iemand zich tijdens de vergadering persoonlijk aangevallen voelt ?
De coördinator moet de discussie dan onderbreken, de doelstellingen en de geest van het overleg opnieuw uitleggen, de gemoederen en het conflict bedaren.
Desgevallend, indien het conflict agressiever is, moet hij de vergadering enige tijd onderbreken, de personen met het conflict afzonderen en trachten de gemoederen te bedaren.
In extreme gevallen kan het misschien nodig zijn dat hij de vergadering sluit, te meer daar een ernstig conflict de positieve geest van het overleg compleet wijzigt en de consensuele uitwerking van voorstellen tot verbetering onmogelijk maakt.
107. Welke houding aannemen tegenover diegenen die altijd of nooit praten ?
De coördinator moet erop toezien dat iedereen aan de discussie deelneemt. Maar het is duidelijk dat sommigen de neiging hebben om het woord te nemen ten nadele van anderen. De coördinator zal deze anderen uitnodigen om, zo niet voorstellen te doen, dan toch hun mening te geven over de voorstellen die door de eersten werden geformuleerd. Hij zal er vooral op toezien dat, op het ogenblik van de samenvatting, iedereen het met de beoordeling eens is.
Ingeval iemand de discussie te zeer naar zich toetrekt, zal hij iedereen nog eens duidelijk maken dat het om een groepsdiscussie en niet om een gesprek tussen 2 personen gaat en de spraakwaterval uitnodigen zelf het woord aan de anderen te geven. De uitnodiging om wat terughoudender te zijn, kan beleefd maar kordaat worden indien nodig.